Bijdrage Maarten Otte over de Sloeweg
In de Statenvergadering stond ook de voortgang van de Sloeweg op de agenda. De CU heeft bij monde van Maarten Otte een kritische bijdrage gedaan over de verantwoordelijkheid van Gedeputeerde Staten en de plicht van Gedeputeerde Staten om Provinciale Staten tijdig te informeren.
Voorzitter,
Milton Friedman zei eens: ‘’What does it mean to say that government might have a responsibility? Government can’t have a responsibility any more than the business can. The only entities which can have responsibilities are people’’. Het zijn dus mensen die verantwoordelijk zijn.
Vandaag gaan we verder met het debat over het Sloeweg debacle. Centraal staan de fouten die in het verleden zijn gemaakt en de daarbij behorende politieke verantwoordelijkheid.
Deze problemen lijken te bevestigen dat overheden niet in staat zijn grote infrastructurele projecten uit te voeren, wat niet goed is voor het aanzien voor overheid. De Sluiskil tunnel lijkt daar een uitzondering op. Milton Friedman zei daarover: “Governments never learn only people learn”
Vragen
Wanneer je luistert naar de geluiden uit de Zeeuwse samenleving hebben de Zeeuwen eigenlijk twee vragen: “Hoe kan het zo zijn dat er zoveel is misgegaan?” en “Hoe kan het dat 3 van de 4 gedeputeerden blijven zitten?”. Op deze vragen wil ik ook ingaan.
Fouten
Er zijn veel fouten gemaakt tijdens de aanbesteding en de uitvoering van het project. Echter ik wil daar niet meer op detail op ingaan, dat hebben we tijdens de commissievergadering en de schriftelijke vragenronde al gedaan. Het is nu wachten op het interne onderzoek van het college en welke lering ze daaruit trekken.
Echter 1 zaak die is misgelopen wil ik er nog even uitlichten, namelijk het niet meenemen van de bewegwijzering en verlichting in de krediet aanvraag. Ik vind dit een fundamentele kwestie, want eigenlijk hebben wij als Staten op basis van niet volledige informatie een besluit genomen. Heeft GS al een idee over hoe ze dat in de toekomst gaan voorkomen?
Hoorzitting
Aangezien we van mening zijn dat er met meer personen gesproken moet worden om de oorzaken van het Sloeweg debacle volledig in beeld te brengen zullen we de motie van de SP, die verzoekt om een hoorzitting, mede indienen. We dienen hieruit leerpunten te trekken, om in de toekomst soortgelijke problemen te voorkomen. Echter zorgvuldigheid dient hierbij voorop te staan, wat ons betreft moeten we dan ook niet overhaast te werk gaan.
We hopen op een motie die unaniem wordt aangenomen. Om zo als Staten een signaal te geven dat we de onderste steen boven willen, maar ook om uitnodigingen aan betrokkenen meer gewicht te geven.
Bestuurlijk integer
Om de laatste vraag “Hoe kan het dat 3 van de 4 gedeputeerden blijven zitten” te beantwoorden is het van belang of de gedeputeerden bestuurlijk integer hebben gehandeld. Bestuurlijke integriteit gaat verder dan sec het uitvoeren van de voorgeschreven regels. Het gaat ook over invulling geven aan de normen die algemeen aanvaardbaar zijn in bestuurlijk Nederland. In dit perspectief wil ik ingaan op het tijdig informeren van de Staten en de verantwoordelijkheden van GS.
Staten informeren
Voorzitter, de CU is van mening dat GS de Staten had moeten informeren over de problemen die al in februari waren gesignaleerd zoals beschreven GS nota van 3 februari 2015 en het instellen van de Task Force. Dat de Task Force een uiterste inspanning was om de problemen binnen het project op te lossen mag geen excuus zijn. De Sloeweg is van groot belang voor de Zeeuwse infrastructuur en de Staten hadden bij de eerdere budget verhoging al duidelijk aangegeven dat dit niet nogmaals mocht gebeuren. Het college had ons inzien dus moeten meedelen (eventueel in vertrouwelijkheid), dat er een kans op budget overschrijding was.
Tijdens de commissievergadering gaf gedeputeerde van Heukelom al toe dat dit achteraf had gekund. Deelt het college onze mening dat de beslissing om de Staten niet te informeren onjuist was?
Op 12 maart is gedeeltelijke opschorting bekend gemaakt aan gedeputeerde, waarna voorbereidingen zijn gestart rondom de communicatie. Is GS van mening met ons, dat PS hiervan op dezelfde dag geïnformeerd had moeten worden en dat de andere GS-leden hiervan ook op de hoogte hadden moeten zijn vanwege de collegiale verantwoordelijkheid?
Verantwoordelijkheid
In de antwoorden op de schriftelijke vragen geeft GS aan dat het vertrouwensbeginsel van toepassing is op de relatie PS – GS en PS – individuele collegeleden. Dit vanwege het gegeven dat we in Nederland collegiaal bestuur kennen, waarbij GS alleen gezamenlijk besluiten kan nemen. Het instellen van een Task Force is een gezamenlijk besluit. Bij een dergelijk besluit hebben GS leden de verantwoordelijkheid vragen te stellen aan de verantwoordelijke gedeputeerde. Onwetendheid pleit GS leden immers niet vrij van de gezamenlijke verantwoordelijkheid.
Als projectgedeputeerde was het de verantwoordelijkheid van Van Beveren om bekend te zijn met de problematiek. Wanneer en van wat hij op de hoogte was blijft vaag, echter wanneer zijn ambtenaren hem niet hebben geïnformeerd, had hij de plicht om vragen te stellen aan zijn ambtenaren als verantwoordelijk gedeputeerde.
Uit de antwoorden op de schriftelijke vragen bleek bijvoorbeeld dat de gedeputeerde Van Beveren op 13 oktober 2014 tijdens de commissievergadering, niet op de hoogte was van de vertragingsclaim van 2,4 miljoen op 8 oktober. Het is zorgelijk dat zulke claims de bestuurders niet sneller bereiken. Echter ondanks het feit dat de signalen de gedeputeerde niet hebben bereikt blijft het ons inzien de verantwoordelijkheid van het college. Wat het college ook bevestigd in haar antwoorden, met het gegeven dat ze verantwoordelijk zijn voor alle handelingen van ambtenaren.
Cruciale vraag
De cruciale vraag op dit moment is of wij als Staten nog vertrouwen hebben in het college? Bij de CU genieten bestuurders het vertrouwen zolang het tegendeel niet bewezen is. De GS nota van 3 februari spreekt over het signaleren van problemen en de dreiging van meerkosten die wellicht niet binnen het budget kunnen worden opgelost. We kunnen op basis hiervan niet concluderen dat GS ons bewust niet heeft geïnformeerd. Echter zoals eerder betoogd het was wel hun verantwoordelijkheid om dit te weten en dit aan ons te melden.
Voorzitter, wat ons betreft is het vertrouwen in het college wel geschaad. Is het aanzien van de politiek geschaad. Dat is niet goed voor het vertrouwen in de politiek.
We zullen overigens de motie van 50plus niet steunen, aangezien eerst de coalitie partijen aan zet zijn.
Het gevoel bestaat dat de gedeputeerden hebben geprobeerd hun eigen straatje schoon te vegen, echter we besturen niet op basis van gevoelens. Op dit moment zijn we nog niet zover om een motie van wantrouwen te steunen. We zullen het verloop van dit debat afwachten en de reactie van het college afwachten en daarna de conclusie trekken of wij een desbetreffende motie zullen steunen.
Vervolg
We hopen dat de onderhandeling met de bouwer en stakeholders over de aanpassingen succesvol verlopen. We zouden hier wel graag updates over ontvangen, mits dat de onderhandelingspositie van de Provincie niet schaad.
Archief > 2015 > mei
- 30-05-2015 30-05-2015 11:55 - CU stelt schriftelijke vragen mbt het integriteitsonderzoek van Provincie Zeeland
- 26-05-2015 26-05-2015 21:07 - Bijdrage Maarten Otte over de Sloeweg
- 26-05-2015 26-05-2015 20:58 - Bijdrage Economische Agenda van Maarten Otte
- 26-05-2015 26-05-2015 09:32 - Bijdrage Jan Henk Verburg over Indaver
- 26-05-2015 26-05-2015 09:24 - Spreektekst Jan Henk Verburg over aandeelhoudersstrategie Delta N.V.
Reacties op 'Bijdrage Maarten Otte over de Sloeweg'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.