Voorzitter, Wie nooit van mening is veranderd, heeft zelden iets geleerd zo is de slogan van een bekende avondkrant. In de commissie heb ik aangegeven dat we onder bepaalde voorwaarden wel in kunnen stemmen met een referendum.
Die voorwaarden waren

1. Het moet echt gaan om een onderwerp wat volksraadpleging rechtvaardigt.
2. Een referendum moet voldoende worden ondersteund, dus een flinke drempel
3. En het moet besluitvorming via representatieve organen niet uithollen of onmogelijk maken.

In de aanloop naar deze vergadering hebben we daar nog eens dieper over nagedacht. En komen tot de conclusie dat een referendum altijd spanning oproept met bovenstaande uitgangspunten. Ik zal een paar zaken noemen.

1. Het referendum kan dan wel raadplegend zijn, echter in de praktijk blijkt dat het een zwaar stempel drukt op besluitvorming.
2. Bij een referendum raakt altijd de nuance in besluitvorming zoek. Het is een stemming over voor of tegen en wordt vaak voor populistische doelen gebruikt. Kijk alleen maar naar het referendum over de Europese grondwet. Er zullen weinig kiezers geweest zijn die de hele grondwet hebben doorgelezen voor ze hun stem uitbrachten.
3. Referenda zijn kostbare aangelegenheden. Politieke organen worden iedere vier jaar gekozen, op dat moment heeft de burger de mogelijkheid om beleid bij te sturen, of radicaal te wijzigen.

Dat alles afwegende zal de fractie van de ChristenUnie tegen een referendumverordening stemmen, omdat we dit een overbodig instrument vinden. Dank voor uw aandacht.