In de Statenvergadering van 7 december zijn enkele belangrijke onderwerpen ter sprake gekomen, zoals de besluitvorming rondom de WCT, de bijstelling van het beleidskader jeugdzorg, de provinciale onderwijsnota, het Dividendbeleid van de Delta NV voor de jaren 2007 – 2010 en, zeker niet onbelangrijk, de problematiek rondom langdurige treinuitval wegens onderhoud aan het spoor.

 

Wist u trouwens dat de gehele Statenvergadering te volgen is via zowel Omroep Zeeland als op internet? Mocht u op de dag zelf geen tijd hebben om de vergadering live te volgen dan kunt u ook afstemmen op www.zeeland.nl (meestal de volgende dag reeds online). Zo kunt u zelfs de statenvergadering per onderwerp volgen! Het onderwerp van uw keuze staat naast de “video” op de agenda vermeld (klik op menu). Klikt u hierop dan komt u meteen uit bij de uitzending van uw onderwerp. Wilt u alleen de mening van onze eigen Christenunie statenleden horen, dan kunt u door “zappen” naar de desbetreffende persoon. Politiek komt op deze manier dichter naar u toe en gaat meer leven. Veel kijkplezier!

 

Hierbij de mening van onze Statenleden over de volgende onderwerpen:

 

Fractievoorzitter Dick Visser over de WCT:

 

Nadat de statenleden van de VVD, de Partij van Zeeland, CDA en Groen Links hun politieke zegje hebben gedaan, spreekt Dick Visser over de visie van de Christenunie op het wel of niet realiseren van de WCT:

 

“De Christenunie is van mening dat er nog geen besluit genomen dient te worden, hoe vervelend dit ook is voor zowel de voor- als tegenstanders van de WCT. Dit vergt van alle partijen (en voor u als volger van onze website) een groot uithoudingsvermogen en heel veel geduld.

 

Om echter een juiste afweging te kunnen maken, dienen we als Provinciale Staten over de juiste informatie te beschikken. Door (mogelijke) nieuwe ontwikkelingen in de bestaande havens komt alles toch in een ander perspectief te staan. Om te voorkomen dat de Raad van Staten het besluit van de streekplanontwikkeling voor de WCT opnieuw zal vernietigen (dit gebeurde reeds eerder in 2003), zal er goed onderzoek gedaan moeten worden naar reële alternatieven die er kunnen zijn.

 

In de afgelopen weken zijn we overspoeld met allerlei onderzoeksrapporten en vraag ik mij af of we door de bomen het bos nog wel zien. De worden “aanname en verwachting” komen regelmatig in de stukken voor. We krijgen zelfs uitgebreide sheets hoe schepen de haven in gaan varen!

 

Ik vraag mij wel eens af wat voor gevolgen het voor de Westeschelde heeft als ik zie hoeveel ruimte die dergelijke imposante schepen nodig hebben bij het draaien en/of wenden. Welke gevaarlijke situaties kunnen hierdoor ontstaan? Wordt daar ook nog onderzoek naar gedaan? Dit lijkt mij wenselijk gezien de grote hoeveelheid schepen die dagelijks door de Westerschelde varen ( 400 volgens Rijkswaterstaat)!

 

Die grote containerschepen zullen regelmatig zorgen voor stremmingen in de druk bevaarde vaargeul…

 

We zullen constateren dat bij elke beantwoorde vraag er weer 10 nieuwe vragen gesteld kunnen worden voor verduidelijking of (nog) tot nog meer onduidelijkheid zullen leiden.

De fractie van de ChristenUnie wil bij elk nieuw besluit omtrent de WCT een afweging maken op basis van goed getoetste inhoudelijke argumenten.

 

Voor een compleet beeld is het noodzakelijk dat er aanvullende rapportages gemaakt worden, zodat een goed en zeer weloverwogen besluit over het wel of niet realiseren van de WCT genomen kan worden. Natuurlijk zullen we ons af blijven vragen of het goed is voor Zeeland.

 

Wij stemmen in met het vervolgtraject zoals door GS is aangegeven in de brief van 22 november 2007.

 

Rachel Blok-Elenbaas - de onderwijsnota van de Provincie:

De ChristenUnie heeft met veel genoegen de onderwijs nota gelezen. We hebben een goed gevoel bij de hoge ambities die staan beschreven in dé onderwijs agenda. Helaas is een goed gevoel alleen niet goed genoeg, daarom willen wij graag wat op- en aanmerkingen plaatsen:

Volgens landelijk beleid heeft de Provincie niets te maken met het onderwijsbeleid, maar in Zeeland is de situatie toch enigszins anders. We waarderen het dat de Provincie zich druk maakt om de kwaliteit van het onderwijs in Zeeland. Deze onderwijsnota is een goede kapstok om na te denken over de verschillende processen in het onderwijs en deze ook te verbeteren.

Om een vergelijking te trekken: In heel Zeeland hebben we te maken met evenveel leerlingen en scholen als bijvoorbeeld in Rotterdam-zuid!

We moeten ons als Provincie dus wel met het onderwijs bemoeien! De gemeenten zijn immers te klein om deze kar te trekken. Als het gaat om basisscholen is het voor de gemeenten nog wel te overzien. Maar vanaf 12 jaar zwermt onze lerende jeugd echter over de gehele provincie.

 

 

 

Het is van groot belang dat de gemeenten en de Provincie samenwerken. We hebben hier echter te maken met een spanningsveld. De gemeenten hebben namelijk een locale educatieve agenda. Door sommige gemeentes wordt hierbij wel naar de provinciale agenda gekeken, maar door andere gemeentes niet. De gemeentes hebben hun eigen taken en trekken hun eigen plan.

Men moet durven iets van deze eigen autonomie in te leveren! Want alleen door samen de schouders eronder te zetten kunnen we de leerling centraal stellen, zoals één van de thema’s in dé onderwijsagenda zo mooi luidt. Wat is de taak van de provincie hierin: Stimuleren en faciliteren.  

 

Is het daarnaast mogelijk om te onderzoeken wat nu de echte, inhoudelijke oorzaken zijn van de hoge uitval in vooral het VMBO? Waar zitten de knelpunten? Als provincie zitten we veel aan de achterkant: We weten de aantallen, maar waar komt het nu door?

Onderwijs is een samenspel van verschillende partijen. Een kind leert temidden van een thuissituatie, een school en soms in een leerbedrijf. Problemen bij een leerling zijn dan ook te merken op deze verschillende vlakken. Te vaak weten de betrokken partijen niet hoe zij om moeten gaan met deze problemen.

Dan rest ons nog de vraag: Hoe gaat alles gestuurd worden? Er komt een stuurgroep, maar de verdere onderbouwing is nog zwak. Hoe gaat die stuurgroep bemand worden?

Wij verzoeken de Gedeputeerde nadrukkelijk om samen te werken met het veld en een gedegen plan op te stellen om de Provinciale Staten op de hoogte te houden van de ontwikkelingen.

 

Laatst las ik een stukje in de krant: "Jeugd is een voorschot, ouderdom is de afrekening." Toen dacht ik: Dat geeft nu kernachtig weer waarom een goede jeugdzorg uitermate belangrijk is. Want in de jeugd wordt het fundament gelegd waarop men het verdere leven voortbouwt.

 

Gelukkig gaat het met het overgrote deel van de jeugd goed, wie met kinderen werkt zal dat ook zien. Hoe kinderen zich ontwikkelen is een prachtig proces. Maar… de snel veranderende maatschappij, de vluchtigheid, het hoge verwachtingspatroon en de toename van het individualisme doet een bepaalde categorie van onze jongeren stranden. Vaak speelt de thuissituatie hierin een grote rol.

 

Het is dan ook een goede ontwikkeling dat het College inzet op het creëren van kansen voor jongeren en veel wil investeren in vooraf-beleid. Maar het is de gemeente die verantwoordelijk is voor het preventief jeugdbeleid en niet de provincie. Juist daar is er sprake van een knelpunt omdat er wel vele goede initiatieven zijn. Maar een gedegen preventief beleid is er nog niet. Als dat goed op poten zou staan, zou dit zorgen voor wat ruimte bij de jeugdzorg.

 

De omvorming van residentieel (uithuizig) naar intensieve pedagogische thuiszorg (men krijgt hulp/begeleiding in het gezin) is een zaak van geduld. Er zal voor een bepaalde periode dubbel geïnvesteerd moeten worden omdat het nu eenmaal enige tijd duurt voordat de effecten van IPT (Intensieve Pedagogische Thuiszorg) zichtbaar zijn.

 

We moeten die ruimte ook geven. Als ik zie welke druk er de afgelopen jaren op de jeugdzorg heeft gestaan, lijkt het me raadzaam het beleid op een goede manier te implementeren.

 

Tot slot het vraagstuk “financiële middelen”. Vanuit Den Haag komt extra geld vrij. Soms is het duidelijk wat Zeeland precies gaat ontvangen, soms niet. Wat ik opvallend vind is dat het steeds gaat over incidenteel geld. Mijn vraag is of het voor jeugdzorg niet ontzettend lastig is om met incidentele gelden aan een structureel beleid te bouwen?

 

De fractie van de ChristenUnie gaat akkoord met het voorstel bijstelling beleidskader jeugdzorg en wenst de Gedeputeerde veel wijsheid bij de uitvoering hiervan.